‘Foekje, wat doe jij daar!’
Onze merrie staat voor de schuifpui en kijkt naar binnen.
Dan ontwaar ik nog drie paarden. Op mijn nette gazon! Het
zal de bedoeling zijn, want iemand heeft de tuin met een schrikdraad afgebakend.
Waarschijnlijk mijn boer. Ik bel hem meteen op.
‘Waarom lopen de paarden in de tuin?’ steek ik van wal,
‘Ze ruïneren de grasmat!’
‘Het moest toch gemaaid? Nu heb je vier grasmaaiers.’
Dit speelde vorig jaar en om herhaling te voorkomen, neem
ik vandaag zelf plaats op de zitmaaier.
Deze zomer zal ik het gras maaien en reken maar dat de tuin er straks mooi bij ligt!
Ik draai aan de sleutel van het contact, om de motor te starten.
Niets.
De accu is leeg.
Ik bel mijn boer.
‘Ik kan nu echt niet komen,’ zegt hij, ‘Ik moet zelf nog tien
hectare maaien.’
‘Ja, dat snap ik, maar dit gras moet er ook af, anders
komen we er straks niet meer door.’
‘Ik stuur wel even iemand.’
Voor mijn boer heeft de tuin geen prioriteit.
Maar een uur later komt er toch een medewerker met
accuklemmen en die heeft de zitmaaier zo aan de praat. Tevreden tuf ik door de
tuin en maai mooie rechte strookjes. Dan kom ik op een hobbelig gedeelte. Dat
komt nog van de paarden natuurlijk. De maaier stokt en ik geef gas. Opeens ben
ik omgeven door rook en ruik ik een schroeierig luchtje. De motor pruttelt
vreemd en ik geef nog eens gas.
‘Pfrrrrrrt.’
En er is geen beweging meer in het ding te krijgen.
’s Avonds neemt mijn boer de schade op.
‘Wat heb je gedaan?’
‘Niks. Gewoon gemaaid.’
‘Ja, ja.’ Hij keert de machine om, draait aan wat knopjes
en moertjes en start de motor.
‘Ik maai het gras wel. Jij hebt er gewoon geen gevoel voor,’ zegt hij en zonder verder nog naar
me om te kijken, begint hij cirkels te maaien.
‘Jij hebt immers nooit tijd!’ roep ik hem toe, ‘en die maaimachine
deugt niet.’ Boos loop ik het huis in. Plotseling is het stil en dan hoor ik
mijn boer schelden. Een stukje schrikdraad van vorig jaar is in de machine
gekomen.
De volgende ochtend kijk ik mismoedig naar de strepen en
cirkels. De tuin lijkt wel een landingsbaan voor ufo’s en mijn boer is nergens
te bekennen.
Ik zit net met mijn vriendin op het terras, als ik een
zware motor hoor. Tot mijn verbijstering komt onze 150 Pk Johnny de hoek om.
Mijn boer, hoog in de glazen cabine, zwaait naar ons, laat de frontmaaier
zakken en begint met oorverdovend geraas te maaien.
‘Pas op voor de appelboom!’ roep ik en spring overeind,
‘En de rozen. De perenboom. De heg!’ Hij hoort me natuurlijk niet, dus ik ren
heen en weer om met gebaren de schade te beperken.
Als hij en het gevaarte verdwenen zijn, zijg ik neer op
de bank. Met hartkloppingen. Mijn vriendin kijkt van mij naar de tuin en weer
terug.
‘Nou ja, het gras is gemaaid,’ zegt ze en schenkt een kop
koffie voor me in.
Groentje
Haha herkenbaar. Ik kwam er niet meer doorheen nadat de tuinjongen vergat te komen. Liep rond met een maaier uit 1960. Uiteindelijk mijn boer ook met de frontmaaier de tuin aangepakt. Ik heb zestien kruiwagens gras weggesjouwd. Maar ik kan er weer mee verder en de tuin ziet er nu mooi uit! Groet Danielle
BeantwoordenVerwijderen